De kracht van stilte
Dertien jaar geleden begon ik met zen-meditatie. Mijn doel was met name om mijn hoofd koel en boven water te houden in de drukke baan waarvoor ik met grote inzet en bevlogenheid lange werkweken maakte.
Twee keer twintig minuten per dag, oefende ik om mijn aandacht bij het huidige moment, mijn ademhaling en de stilte te houden. Met mijn benen gekruist op een meditatiekussen, ervoer ik fysieke uitdagingen. Met een hoofd dat veel van mijn energie opslokte, ervoer ik de nodige mentale uitdagingen.
Maar met oefening kon ik de stilte meer en meer toelaten. In die stilte trof ik een groeiende, aangename, rustige aanwezigheid. Het bracht me geruststelling. ‘Ah, gelukkig… Daar is het weer,’ dacht ik iedere vroege ochtend in mijn meditatiehoekje. Terwijl de stad om mij heen in gestaag tempo wakker werd met het geschuif van trams en het rinkelen van fietsbellen.
Ook al moest ik er soms zeker achttien ongemakkelijke minuten in grote onrust voor blijven zitten, deze rustige, geruststellende aanwezigheid kwam uiteindelijk steeds weer bij me zitten. Daalde op mij neer. In de werkende uren die volgden, kon ik meer en meer in contact blijven met deze bemoedigende ‘presentie’.
In de meditatielessen die volgden, begon ik kleuren te zien. Mijn zen-docent legde uit dat mij brein me in de meditatie ‘bezighield’ en had er inhoudelijk geen verklaring voor. Pas jaren later kon ik de kleuren gaan duiden, toen ik energetisch werk ging doen en leerde wat lucide perceptie is.
Gaandeweg mijn meditatieve ontwikkeling, leerde ik bewust de gedachten onderscheiden die duidelijk van een andere ‘plek’ kwamen dan de gedachten die gedurende de dag mijn actieve brein bevolkten.
Stiltemeditatie was voor mij een effectieve manier om weer in contact te komen met mijn intuïtie en mijn heldere vermogens. Ik schrijf ‘weer in contact komen’, omdat ik mij nog zo goed kon herinneren hoe dat was als klein kind. Om mij in continue verbinding te voelen met mijn natuurlijke omgeving.
Toen de bezige torretjes, glanzende kevertjes, wegvluchtende krekels en overvloedige bessenstruiken nog vanzelfsprekend gezelschap waren in mijn dagelijkse beleving. Toen de subject-objectscheiding in mijn beleving nog wazig was.
En die kalmerende, bemoedigende aanwezigheid… Dat was ikzelf, natuurlijk. Ofwel mijn hogere bewustzijn, een verruimde versie van mijzelf – in verbinding met de levensbron waar alles aan uit voortkomt en van doordrongen is. Ik help mijn dagelijkse zelf nog regelmatig herinneren om weer thuis te komen. In mijn hart en in mijn centrum.
Ik ben dankbaar voor alle tradities, wegwijzers en aanwijzers die op mijn pad kwamen en komen om deze herinnering steeds weer dieper aan te raken.
Hier kun je meer lezen over de mensen en modaliteiten die na mijn start met zen-meditatie op mijn pad kwamen.
Liefs, Miranda